De autoclaaf methode wordt voornamelijk gebruikt voor het brandvertragend maken van hout. Het hout wordt daarbij onder hoge druk brandvertragend geïmpregneerd. Doordat de het hout wordt vacuüm getrokken in een speciale tank komen de poriën in hout maximaal open te staan en kan een maximale hoeveelheid aan brandvertragend impregneermiddel worden opgenomen. Middels de autoclaafmethode worden op eenvoudige wijze de hoogste normeringen gehaald.
Brandwerend impregneren in een autoclaaf is tegenwoordig een veel toegepaste techniek. Het wordt uitgevoerd in gesloten vaten door het onder druk en in vacuüm toevoegen van het brandvertragend impregneermiddel. Deze methode heeft een aantal voordelen ten opzichte van drukloze methoden. Je bereikt er onder andere een grotere en meer uniforme indringdiepten mee, omdat de omstandigheden kunnen worden bestuurd en gevarieerd. Deze behandelingen kunnen op grote schaal worden uitgevoerd. Met de vaccuumdruk (autoclaaf) methode worden wereldwijd houten palen, houten balken, houten planken en andere houtvormen behandeld.
Hoe werkt de autoclaaf methode voor hout?
In grote lijnen komt de behandeling op het volgende neer:
- Het hout wordt op karren geladen en in grote vaten gereden.
- Deze vaten (ketels) worden hermetisch afgesloten en vacuüm gezogen, waardoor de houtcellen open gaan staan.
- Daarna wordt de ketel met het brandvertragend impregneermiddel gevuld. Doordat er met overdruk wordt gewerkt, wordt het impregneermiddel in het hout geperst. Het teveel aan brandvertragend impregneermiddel wordt vervolgens weer teruggepompt in de voorraadtank.
- Als laatste wordt de impregneerketel drukloos gemaakt. Het hout wordt vervolgens uit de ketel gereden waarna het nog enige tijd wordt opgelat om te drogen. Daarna is het klaar om gebruikt te worden.
Dit proces is volledig computergestuurd. De computer berekent hoeveel brandvertragend impregneermiddel er in het hout geperst moet worden en stopt automatisch wanneer deze hoeveelheid bereikt is.
Wat kan er geimpregneerd worden met een autoclaaf?
Alle soorten houtmateriaal kunnen worden behandeld met de autoclaafmethode. Om aan de gestelde Nederlandse of Europese Norm (bijvoorbeeld NEN6065 of NEN-EN 13501-1) te voldoen moet het te behandelen hout voor en na het impregneren gewogen worden om de opname van het impregneermiddel vast te stellen. Elke houtsoort heeft een eigen opneemvermogen dat is vastgelegd in een richtlijn. Deze autoclaafmethode kun je niet zelf toepassen, maar zul je moeten uitbesteden. Uiteraard maken wij graag een offerte!
